De objectieve rechtvaardiging van neutraliteitsbeleid door private werkgevers

Een jurisprudentielijn die zichzelf in de staart bijt

Auteurs

  • Sebastiaan Princen

DOI:

https://doi.org/10.54195/NTM.22092

Trefwoorden:

gelijke behandeling, Kaderrichtlijn Gelijke Behandeling, Richtlijn 2000/78, neutraliteitsbeleid, objectieve rechtvaarding, wensen van klanten en gebruikers

Samenvatting

In een reeks arresten heeft het HvJ EU bepaald dat een verbod door private werkgevers op het dragen van islamitische hoofddoekjes op de werkplek in beginsel kan worden gerechtvaardigd met een beroep op de wensen van klanten of gebruikers. Dit artikel analyseert of deze jurisprudentielijn in overeenstemming is met de eis uit de Kaderrichtlijn Gelijke Behandeling dat zo’n rechtvaardiging een objectief karakter moet hebben. Op grond van een analyse van de jurisprudentie van het Hof en een (rechts)theoretische reflectie op het begrip ‘objectiviteit’ wordt geconcludeerd dat het bij de huidige stand van de jurisprudentie feitelijk niet mogelijk is bij een beroep op de wensen van klanten of gebruikers te voldoen aan de vereiste van een objectieve rechtvaardiging onder de Kaderrichtlijn Gelijke Behandeling.

Downloads

Download data is not yet available.

Biografie auteur

  • Sebastiaan Princen

    Dr. S.B.M. Princen is Universitair Hoofddocent bij het Departement Bestuurs- en Organisatiewetenschap van de Universiteit Utrecht. Dit artikel is een uitwerking van het essay dat de auteur heeft geschreven ter afronding van zijn bacheloropleiding Rechtsgeleerdheid aan de Open Universiteit. De auteur wil dr. Sien Devriendt bedanken voor haar begeleiding bij het schrijven van dat essay.

Downloads

Gepubliceerd

2025-03-24

Nummer

Sectie

Artikelen

Citeerhulp

De objectieve rechtvaardiging van neutraliteitsbeleid door private werkgevers: Een jurisprudentielijn die zichzelf in de staart bijt (S. Princen , Trans.). (2025). Nederlands Tijdschrift Voor De Mensenrechten, 50(1). https://doi.org/10.54195/NTM.22092