Kinderen en hun recht op drinkwater nader beschouwd

Auteurs

  • Ayla Yayla
  • Daniela Stojkovic
  • Aysel Sabahoglu

DOI:

https://doi.org/10.54195/NTM.23187

Trefwoorden:

artikel 3 IVRK, artikel 24 lid 2 sub c IVRK, Artikel 6:162 BW, Strategisch procederen, Maatschappelijke zorgvuldigheid, Collectieve rechtsvordering, Afsluitregeling Water, Recht op zuiver drinkwater van kinderen

Samenvatting

Het arrest van het Gerechtshof Den Haag van 19 maart markeert een juridisch en maatschappelijk keerpunt in de bescherming van kinderrechten, specifiek rond het recht op toegang tot zuiver water van kinderen. In deze zaak, aangespannen door Defence for Children en het NJCM, oordeelde het Hof dat het afsluiten van drinkwater bij gezinnen met kinderen in strijd is met de maatschappelijke zorgvuldigheidsnorm én met artikel 3 van het Kinderrechtenverdrag (IVRK), dat voorschrijft dat het belang van het kind de eerste overweging moet zijn.. Opvallend is bovendien dat het Hof in deze zaak expliciet de rechtstreekse werking van dit artikel in civiele procedures heeft erkend — een doorbraak in de Nederlandse rechtspraktijk. De uitspraak is het resultaat van strategisch procederen na jaren van beleidsbeïnvloeding. Ze heeft geleid tot politieke aandacht en de toezegging dat wetgeving zal worden ontwikkeld die kinderen beter moet beschermen tegen waterafsluitingen. Hoewel die wetgeving nog in voorbereiding is, geldt inmiddels de afspraak dat kinderen in Nederland niet langer worden afgesloten van drinkwater.

Downloads

Download data is not yet available.

Downloads

Gepubliceerd

2025-07-02

Nummer

Sectie

Beschouwingen

Citeerhulp

Kinderen en hun recht op drinkwater nader beschouwd (A. Yayla, D. Stojkovic, & A. Sabahoglu , Trans.). (2025). Nederlands Tijdschrift Voor De Mensenrechten, 50(2), 189-201. https://doi.org/10.54195/NTM.23187